Schrijft u mee: 29 minuten en één seconde. Dat was mijn tijd gisteren bij de Simmer yn Fryslân Loop in Burgum. Men oh men, wat ging ik stuk op die laatste kilometer. Na afloop zat ik naast een man die net de 16,1 kilometer had gelopen. Ik hijgde als een afgekeurde zeekakaloekus, hij hapte superfit in een Snelle Jelle. “En”, vroeg ‘ie toen ik uitgehijgd was, “ben je nu ook besmet met het hardloop-virus?” Noh, niet echt, gaf ik toe.
Dat zit zo, na afloop ben ik best tevreden met mezelf, maar onder het hardlopen vraag ik me toch iedere keer weer af waar ik in vredesnaam mee bezig ben. Die zogenaamde ‘runners high’ waar ze het dan over hebben? Ik heb ‘m nog nooit meegemaakt. Hardloopcoach Jaring de Groot meldde vorige week aan de deelnemers van Fit mei Femke dat we na woensdag beter niet meer konden trainen. Zo zou ons lichaam zondag hunkeren naar een fanatieke hardloopmiddag. Nou, ik heb mijn lichaam gisteren even gevraagd en die zei: "Mwoah, laat mij hier maar lekker op de bank zitten. Handjevol M&M’s erbij, en dan is het mij wel best." Raar lichaam heb ik.
Maar ik moet eerlijk toegeven: gistermiddag toen ik daar na afloop van die 5 kilometer met een loeirode boei op dat bankje zat, had ik een heeel klein beetje ‘runners high’ gevoel. Nu word ik overigens ook niet snel high. De laatste keer was in de kroeg, toen ik probeerde een jointje te roken. Ik rook in het dagelijks leven niet, dus al na de eerste hijs sloeg de vlam in de pan. En bij de tweede teug ging mijn luchtpijp in vlammen op.
Mijn ongerepte longen, gewoonweg uitsluitend gevuld met pure Friese weidelucht, zijn dit soort 'tweede pubertijd rebelsheid' ook helemaal niet gewend. Film mij tijdens een poging tot roken en je hebt meteen een Postbus 51-spotje klaar voor Stoptober. Na die twee halen van dat jointje werd ik overigens wel knetter high. Drie dagen lang had ik naweeën.
Terug naar gisteren, toen ik zeer content met mijn 29 minuten en één seconde terug naar mijn auto sjokte. Op mijn loopje kwam ik langs het podium waar net de winnaars van de 10 kilometer werden gehuldigd. “De eerste plek, met een tijd van 34 minuten en …” Verder dan dat heb ik de zin niet gehoord. Tien kilometer in 34 minuten? Dat is slechts 5 minuten langzamer dan mijn tijd, maar wel twéé keer zo ver. Meteen stond ik weer met beide hardloopbeentjes op de grond.
Dus deze afgekeurde zeekakaloekus is gisteravond fijn met een grote familiezak M&M’s op de bank gaan zitten schransen. Mijn ultieme ‘runners high’ momentje.