Dit weekend werden we getrakteerd op een prachtig sportweekend. Wielrenner Steven Kruijswijk liet ons zien wat een echte topsportersmentaliteit is. Nooit opgeven en doorvechten tot het bittere eind. Ik kan het vaak genoeg zeggen, maar daar kunnen onze Oranje voetbalmannen nog wat van leren.
Laten we heel eerlijk zijn: voetballers zijn mietje geworden. Mannen die bij een tackle drie keer een salto maken en vervolgens luid kermend als een zielig vogeltje in elkaar kruipen, terwijl ze faken dat ze vergaan van de pijn. Pas wanneer de scheids een kaart trekt voor de tegenstander, staan de hoopjes ellende op miraculeuze wijze weer op en huppelen doodgemoedereerd als renpaarden over de grasmat. De goddelijke wederopstanding is dagelijkse kost in voetballand.
Voetballers zijn ware acteurs geworden. Slechte B acteurs welteverstaan, die meteen uit hun rol vallen wanneer het fluitje klinkt. Wil het met Oranje nog eens wat worden, dan moet er hoognodig iets veranderen. Er is namelijk maar één remedie tegen deze chronische aanstellerij. Een keihard en loodzwaar trainingskamp met onze Hollandse wielrenners.
Er is maar één sport waar nog echte bikkels actief zijn en dat is wielrennen. Neem Steven Kruijswijk. Op het moment dat de eindzege in de Giro d’Italia hem niet meer kón ontglippen, besloot Steven zichzelf te wagen aan een twee meter hoge sneeuwduin. Heel Nederland zag de wielrentragedie live op tv. Pats. Weg roze leiderstrui en weg eindoverwinning.
Maar mensen, zagen we een huilende Steven daar in de Alpen? Een man die zich als een puberpeuter kermend ter aarde stortte en daar als een dood vogeltje op de grond bleef liggen? Nee. Steven maakte een rot smak, maar stond nog voordat hij het asfalt had geraakt al weer overeind. Hup, zadel en stuur beetje recht buigen en gaan met die banaan.
Kijk, dat doorzettingsvermogen van een nationale sportheld hebben onze voetballers ook nodig. Dus tijd voor een ouderwetse cursus Bikkelen. Niet van dat halfzachte gejammer, maar leren op je tanden bijten. Niet acteren maar presteren. Afzien, zweten en nooit opgeven. Daarvoor moet er ook een nieuwe bondscoach komen. Danny Blind zal een prima vent zijn, maar veel te softy.
Er is maar één man die de redding voor Oranje kan zijn. Eén man die op dit moment wat vrije tijd over heeft. Ik stel voor dat Badr Hari vanaf nu de leiding over Oranje krijgt. Deze vuurvreter zal voor heel wat nieuwe energie zorgen. Bovendien kent 'ie de Amsterdam ArenA op z’n duimpje. En als er één iemand is die het woord vechtersmentaliteit het afgelopen jaar van inhoud heeft voorzien, dan is het Badr wel. Oranjefans, hou vol deze zomer. We slaan ons er wel doorheen.