Ik probeer al een aantal weken om mijn overlijdensrisicoverzekering op te zeggen. Dat is nog een heel gedoe. Waar ik mijn andere verzekeringen met een telefoontje kon opzeggen, moet dit allemaal digitaal via de mail. En dus stond ik afgelopen week mijn ondertekende brief en paspoort in te scannen. En toen bedacht ik wat iedereen zonder mail en nieuwerwetse communicatiemiddelen moet voelen: je bent digitaal gehandicapt.
Het valt me steeds vaker op dat we er klakkeloos vanuit gaan dat iedereen digitaal de weg weet te vinden. Vorige week nog hadden we een discussie met dorpsbelang over het uitnodigen van leden voor onze ledenvergadering. Die uitnodigingen gaan via de mail. Leden die geen mail hebben, krijgen een uitgeprint pakket met notulen op de mat. "Dat moet afgelopen zijn", vond een bestuurslid. Een tweede lid vond dat we leden zonder mail niet mogen uitsluiten. "Maar wie heeft er nou geen mail", riep een derde verontwaardigd.
Ik moet zeggen dat ook ik er vanuit ga dat iedereen tegenwoordig beschikt over een mailadres. Nog niet zo lang geleden hield ik een interview met een man op leeftijd. Toen ik hem na afloop naar zijn mailadres vroeg om het artikel ter inzage te sturen, schudde hij z'n hoofd. "Heb ik niet", zei 'ie. Shit, dacht ik, hoe kan ik mijn verhaal dan opsturen. "Via de post", lachte hij. "Dat bestaat nog, hoor."
Een brief op de post; wie doet het tegenwoordig nog? Sterker nog: zelfs bellen is op z'n retour. Ieder bedrijf dat je belt, attendeert je er allereerst op dat je alles online kunt regelen. En het kan nog rigoureuzer. We hadden voor Sinterklaas een draadloze koptelefoon besteld op internet. Al snel ging 't ding kapot. Dus bellen met de leverancier. We kregen meteen de volgende voicemail: “Om u nog beter en sneller van dienst te kunnen zijn, zijn wij telefonisch niet meer bereikbaar. Wij staan voor u klaar via email, whats app en chat.” Geen gehoor. Niet via de koptelefoon of de gewone telefoon.
De gewone telefoon moet tegenwoordig namelijk een smartphone zijn. Vorige week sprak ik met wethouder Gerben Wiersma over hangplekken voor jongeren. "Wij stonden destijds gewoon op een hoek", vertelde de wethouder. "Daar kwam iedereen bij elkaar. Maar tegenwoordig gaat alles digitaal. Ze appen elkaar in plaats van naar de hoek te lopen. Jammer, want elkaar echt zien is toch beter."
Ik ben 't met hem eens. In onze snelle, digitale maatschappij ontbreekt het ons steeds meer aan echt persoonlijk contact. We nemen er simpelweg de tijd niet meer voor. Ik ben gelukkig niet de enige die dit concludeert. Op LinkedIn zag ik onlangs een bericht langskomen van een Amerikaan die iedere week met z'n ouders belt. Hij schrijft dat z'n ouders daar beide naar uitkijken en het kost hem slechts een halfuurtje. Hij roept iedereen op om net als hem iedere week met je naasten te bellen. Het bericht is al weet ik hoe vaak geliked en gedeeld. Allemaal mensen die persoonlijk contact missen.
Ik hoop dat deze onpersoonlijke, digitale trend weer omslaat over een tijdje. Dat bedrijven over tien, vijftien jaar in hun strategische plan vermelden dat persoonlijk contact de pijler binnen de organisatie vormt. Dat medewerkers niet langer mogen mailen, maar de telefoon moeten pakken. Dat je als automatisch antwoord op je mailtje krijgt: "Om u nog beter van dienst te kunnen zijn, zijn wij via de mail niet langer bereikbaar. Wij bellen u even." Doe maar gewoon, pak de telefoon.