Wie denkt dat we hier in Friesland één Friese taal hebben, heeft het mis. Er zijn diverse soorten Fries. Van het Stellingwarfs tot het Sneekers en van het Bildts tot het Bolserters; ieder gebied en elke stad heeft zo z’n eigen variant. Maar de grootste rivaliteit bestaat er toch wel tussen het ‘Klaaifrysk’ en het ‘Wâldfrysk’. En dat alles komt door het uitspreken van de Y-klank.
In de Wâlden hebben we het over ‘hy, sy en dy’. Met de ‘ie’-klank dus. Op de klei hebben ze het over ‘hij, zij en dij’. Maar nou komt ‘t: wat is nou de juiste uitspraak? Ik heb er inmiddels talloze discussies over gehad met Klaaikluten. Nou ben ik zelf een Wâldpykje, dus ik hou wel van een messcherpe discussie. En het blijft toch ook iedere keer weer leuk om die Klaaikluten een beetje op stang te jagen. Dat is eigenlijk best eenvoudig.
'Volgens mij', zeg ik dan, 'is het Wâldfrysk het échte Fries. Echte Friezen zeggen hy, sy en dy.' En daarna meld ik tussen neus en lippen nog even dat ook onze oer-oer-oer-overgrootvader en Opperfries Grutte Pier een Wâldpyk is. Moet je die koppen van die Klaaikluten dan eens zien. 'Grutte Pier komt uit Kimswerd. Dat ligt op de klei!' roepen ze dan witheet.
'Ja, ja, ja', sus ik vervolgens. Vaak met zo'n belerend armgebaartje van 'kalm an' erbij. 'Dat weet ik ook wel, maar wat had Grutte Pier altijd bij zich? Jup, een knoeperd van een mes, waarmee ‘ie iedereen een kopje kleiner maakte. En echte ‘messestekkers’ komen uit de Wâlden.' Einde discussie.
Net als Grutte Pier ben ik op kruistocht om ervoor te zorgen dat iedereen het Wâldfrysk gebruikt. En ik moet toegeven: dat gaat uitstekend. Zo kreeg ik een tijdje geleden de vraag of mijn columns op de radio gebruikt mogen worden tijdens de luistertoetsen bij de lessen Fries. Alle middelbare scholieren in Friesland worden nu dus overspoeld door mijn 'hy, sy en dy'. En dat is nog niet alles.
Twee weken geleden kreeg ik plots een mailtje van het CITO, dat als volgt begon: ‘Geachte Nynke van der Zee, vandaag is het landelijk eindexamen Fries havo afgenomen. De teksten die in het examen worden gebruikt, zijn zorgvuldig geselecteerd op grond van onderwerp, inhoudelijke kwaliteit en taalgebruik. Eén van de teksten uit dit examen is gebaseerd op een artikel van uw hand.’
BAM! Met mijn Wâldfrysk indoctrineer ik inmiddels de gehele jeugd. Nog even en iedereen heeft het over 'hy, sy en dy'. Dan spreken we niet langer over Wâldfrysk, maar over Wrâldfrysk, een taal van de wereld.
Laatste stap in mijn missie is om tot slot dat ene zinnetje dat iedere Fries op de wc heeft hangen nog een beetje aan te passen. In plaats van 'Bûter, brea en griene tsiis. Wa't dat net sizze kin, is gjin oprjochte Fries', wordt het voortaan: 'Scherjontsjes, in Herder en in grutte bek. Wa't dat net sizze kin, dy stek ik lek.'