Vorige week ging mijn blog ook over de grote stroom van vluchtelingen, die massaal een veilige plek zoeken in Europa. Het lijkt wel alsof dat afgelopen weken alleen maar erger is geworden. Mensen die in Hongarije dagenlang in een snikhete trein zitten, omdat ze doodsbang zijn om in een opvangkamp gestopt te worden. En er was die foto van het Syrische jongetje Aylan, die de hele wereld schokte. Aangespoeld op het strand van Turkije, nadat hij was verdronken op de Middellandse Zee op weg naar een veilige toekomst.
Deze foto heeft wat losgemaakt bij veel Nederlanders. Steeds meer mensen willen iets doen voor de vluchtelingen. Nog nooit kreeg Stichting Vluchtelingenwerk zoveel aanmeldingen als afgelopen week. Maar liefst 20.000 mensen meldden zich aan op de Facebookpagina 'Ik ben een gastgezin voor een vluchteling'. En zo ontstaat langzamerhand een trend waarin Nederlanders vluchtelingen een warm welkom willen geven.
Natuurlijk zijn er ook andere geluiden, zoals in Zeewolde waar een AZC komt voor 900 mensen. Op de informatieavond vorige week was er veel verzet onder de inwoners. Aangemoedigd door Geert Wilders riepen de Flevolanders dat ze grote morele bezwaren hadden tegen de komst van zoveel vluchtelingen. En eerlijk is eerlijk, zo vreemd is dat niet. Negenhonderd mensen in één dorp is veel. Te veel om iedereen uit te nodigen voor een kop koffie in het dorpshuis. Te veel om ze te vragen als vrijwilliger bij de voetbalclub of het bejaardencentrum. Simpelweg te veel om op te nemen in het dorp.
Collega-columniste Nynke Sietsma had een tijdje geleden een column over twee Syrische jongetjes die ruim 20 jaar geleden door het dorpje Rottevalle werden opgenomen. Gevlucht uit Syrië kreeg het gezin met vader en moeder onderdak in de kerk. Dat gebeurde in het geheim, dus stond er iedere nacht een inwoner op wacht om te waarschuwen wanneer de politie kwam. Met een collecte werd geld ingezameld voor eten en drinken. Het gezin werd met liefde gekoesterd door het dorp.
Volgens mij is dit de beste manier om het vluchtelingenprobleem aan te pakken. Geen grote AZC’s in kleine dorpen als Rijs en Balk, maar de mensen verdelen over álle dorpen. Ieder dorp een gezin. De kinderen kunnen bij de sportclubs, vaders en moeders worden vrijwilliger in de kantine of het dorpshuis en met elkaar zorgen we er voor dat ze de taal en tradities leren kennen. Er is geen betere manier om deze mensen te laten inburgeren.
Hoog tijd om ons Fries toverwoord weer van zolder te halen: mienskip. De zorg voor elkaar. Laten wij als Friese dorpen een voorbeeld nemen aan Rottevalle en neem één gezin op. Samen maken we zo één statement: “Je suis Rottevalle”.