Gisteren mocht ik een dag oppassen op mijn nichtje Joep. Eén geruststelling; dat is de hond van mijn broer en schoonzus. Een zwarte Mechelse herder welteverstaan, inclusief nog wat andere rassen en een flinke portie ADHD.
Als favoriete suikertante neem ik Joep geregeld mee een blokje om. Dat wordt gewaardeerd, met name omdat bij mij alles mag. Van een plons in een dreksloot tot rollen door de koeienvlaai; wat thuis absoluut verboden is, is bij mij geen enkel probleem. Het voordeel is namelijk dat ik Joep na afloop thuis weer aflever en zelf geen minuut last heb van die lucht.
Goed geregeld, zou je denken. Ware het niet dat ik Joep al een aantal keer kapot heb gemaakt. Per ongeluk, uiteraard. Want wat ik nog vergeten ben te vermelden, is dat Joep gek is op apporteren. En ik kan redelijk goed gooien, dus goeie combi.
Zo gooide ik vorig jaar zomer een stok meters hoog door de lucht een weiland in. Met een sierlijke sprong hapte Joep het ding uit de lucht. Maar nog voordat Hans van Zetten 'En hij staaat!' kon roepen, hoorde ik een jammerlijk gepiep.
Met platte oren en de staart tussen de benen kwam Joep terug kruipen. Nou ben ik niet zo medisch onderlegd, maar een snelle check van poten, staart en kop vertelde me dat er niets aan de hand was. Dus ik leverde mijn zielige nichtje thuis af, gaf haar wat brokken en deed de deur achter me dicht.
Die avond werd ik gebeld door mijn schoonzus. Wat er met Joep was. 'Geen idee', melde ik niets vermoedend. 'Maar nu je het zegt, vanmiddag was ze wel een beetje sneu. Maar ik kon niet ontdekken wat er mis was.'
De dierenarts nog diezelfde zaterdagnacht wel. De vlijmscherpe stok was rechtop in Joep’s keel geschoten, waarbij één van beide amandelen het loodje had gelegd en er een vuistgrote krater in haar bek was geslagen. Oeps.
Na dit amandel akkefietje mocht er uiteraard niet meer met stokken worden gegooid. Maar negeer maar eens van die smekende donkerbruine hondenogen. Een kleintje dan, dat kan toch geen kwaad? Jawel. Dit keer scheurde Joep de aanhechting van haar tong af, wat uiteraard pas gediagnostiseerd kon worden bij de dierenarts die daarvoor een flinke dosis narcose nodig had.
Inmiddels heeft Joep haar eigen ziektekostenverzekering. Bovendien zijn de regels tijdens een wandeling aangescherpt tot code rood. Er mag niet meer gegooid worden. Nergens mee.
Dus gisteren liepen we braaf zonder stok ons rondje. Joep had net een duik in de haven genomen toen we een bakbeest van een hond tegenkwamen. Het bleek een kruising tussen een pitbull en een labrador. Het resultaat was een gepantserde tank waar Jeanine Hennis van droomde als minister fan Defensie. Een kalf dat zijn eigen krachten niet kende.
Thuis was deze tank met zijn 40 kilo al bovenop de stokoude chihuahua van het gezin gaan liggen. Die was daarna total loss verklaard door de dierenarts. Dus Joep was gewaarschuwd. Maar uiteraard moest er gesnuffeld, geroken en gerend worden. Als twee Max Verstappens maakte het tweetal op topsnelheid rondjes door de berm.
Voor een baasje zit er dan niets anders op dan een verplicht gesprekje met elkaar aan te knopen over het weer. We hadden net ons standaard dialoog gehouden, toen we plots een harde 'boink' hoorden. Meer dan een boink eigenlijk. Een 'bam'. Mijn ADHD'er en haar tank bleken frontaal bij elkaar omhoog te zijn gebotst.
Waar haar stormram even met zijn kop schudde en daarna weer vrolijk verder huppelde, lag mijn Joep als een aangereden hertenjong langs de weg. Het zal toch niet waar zijn, schoot door mijn hoofd. Nu heb ik die hond ALWEER kapot gemaakt.
Dit keer viel de schade overigens mee. Toen we gisteravond thuiskwamen, was er niets meer aan de hand. Maar mocht mijn schoonzusje vandaag bellen, dan neem ik even niet op.