Een leeg yoghurtemmertje, een vuilniszak of een oude theedoek. Het zijn zomaar een aantal oplossingen die muzikanten meenemen naar de repetitie nu de hafabra eindelijk weer los mag. Op één voorwaarde: de spuug die bij het repeteren wordt geproduceerd, moet verplicht opgevangen worden. Geen spatje mag de grond raken. En dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan.
Wie een bugel, trompet, trombone of bas bespeelt, weet dat hier de nodige spuug bij vrijkomt. Hoe groter het instrument, hoe omvangrijker de spuugplas na afloop van de repetitie. Bij sommige leden van ons fanfarekorps ligt er aan het einde van de avond een plasdrasgebied waar menig fuut z'n eitjes wel zou willen uitbroeden. Maar daar komt vanaf nu dus verandering in. Geen Oosterschelde meer op de grond in het kader van het coronaprotocol.
Toen ik een collega vertelde dat we als muzikanten onze eigen spuugemmertjes mee moeten nemen, keek hij me verbaasd aan. 'Waarom, jullie blazen toch alleen maar?' vroeg 'ie. 'Ja' zei ik, 'maar we kwijlen automatisch ook een beetje tijdens het spelen. Dat komt in je instrument en moet er af en toe uit.' Ik zag hem begrijpend knikken, maar tegelijkertijd kroop één van z'n wenkbrauwen langzaam omhoog. 'Wat deden jullie voorheen dan met die spuug?' was de scherpe wedervraag. 'Gewoon op de grond laten druppen', antwoordde ik. Nu schoten beide wenkbrauwen simultaan omhoog. 'Jakkes. Wat smerig.’
En gelijk heeft 'ie. Ik had er nog niet eerder bij stilgestaan, maar het is best goor ja: je spuug op de grond laten druppen. We repeteren in een feestzaal met een keurige houten vloer. Zonder me hier ook maar een moment druk over te maken, laat ik rustig mijn spuug uit mijn toeter lopen tijdens de repetitie. Aan het einde van de avond ligt er ook bij mij een keurig plasje. Droogt wel weer op, denk ik altijd wanneer ik m’n instrument argeloos weer in de koffer stop.
Best hypocriet. Ik moet er namelijk niet aan denken dat iemand bij mij thuis op m'n nieuwe strakke vloer zou spugen. Ik vind het al te smerig voor woorden wanneer iemand zo'n groene fluim op de stoeptegels parkeert. Laat staan bij mij op de keukenvloer. Maar zelf doe ik dat dus al meer dan twintig jaar zonder er bij na te denken. Wat dat betreft levert corona ook de nodige voordelen op. Voortaan zijn wij als blaasmuzikanten een stuk hygiënischer.
Aanstaande woensdag hebben we de eerste repetitie van ons dweilorkest. Waar we voorheen onze naam eer aan deden omdat de volgespuugde vloer na afloop van de repetitie flink gedweild moest worden, is dat niet langer nodig. Dat geldt overigens voor alle fanfarekorpsen, harmonieorkesten en brassbands. Vanaf nu spelen we allemaal in een kwijlorkest.