Afgelopen week stemde Nederland massaal Nee tegen het associatieverdrag met Oekraïne. Ook in Friesland vinkten we overwegend het vakje met ‘Tegen’ aan. Volgens mij was dat echter niet eens zo zeer een Nee tegen Oekraïne, maar meer een Nee tegen de EU en Den Haag. En bovenal een ferme Nee tegen al die regeltjes van bovenaf. Want het lijkt wel of eigen initiatief een misdaad is geworden.
Neem als voorbeeld de dorpsmolen in Reduzum. In dit Friese dorp hebben ze al meer dan 20 jaar een gezamenlijke windmolen. Iedere dag draaien de wieken hun vaste rondjes en leveren zo heel wat energie en daarmee ook geld op. Geld dat in eigen dorp blijft. Zo kocht Reduzum zonnepanelen voor de nieuwe basisschool, isolaties voor de sportkantine en een schoolbus voor de kinderen. Geen dorp dat zo milieubewust met zijn dorpsmolen omgaat als Reduzum.
Maar na 20 jaar is de molen op. En dus vroeg het dorp om een nieuw exemplaar. Heel het dorp is voor, maar één instantie houdt het plan tegen. De provinsje Fryslân. In het coalitieakkoord staat namelijk dat er geen nieuwe windmolens op het vaste land mogen komen. Het mag dan nog zo’n goed plan zijn: regels zijn nou eenmaal regels, vindt de provincie.
Ook in Jorwerd hebben ze een mooi plan bedacht. Het dorp wil een vluchtelingengezin uit Syrië opvangen in het oude dorpshuis. Maar voor het zover is, moet het dorpshuis verbouwd worden. En dat kost geld. Maar gelukkig zijn er subsidies voor dit soort initiatieven.
Perfect, zou je zeggen. Was het niet dat er aan deze subsidies - u raadt het al - regels verbonden zijn. Jorwerd krijgt alleen geld wanneer het minimaal vier volwassen vluchtelingen opvangt. Het dorp kiest echter voor een gezin met twee volwassenen en acht kinderen. En dus gaat er een streep door de subsidie. Net als in Reduzum geldt: het kan nog zo’n mooi plan zijn, regels zijn regels.
In plaats van krampachtig nee te schudden, zou Den Haag beter een voorbeeld kunnen nemen aan Jorwerd en Reduzum. Beide initiatieven komen voort uit wat wij in Friesland ‘mienskip’ noemen. Het idee om samen de schouders er onder te zetten en de wereld te verbeteren. Maar op het Binnenhof kunnen ze het woord ‘mienskip’ niet uitspreken. Sterker nog, ze kunnen het niet eens schrijven.
‘Min skiep’ stond er in de landelijke kranten. In het Fries vertaald: slechte schapen. En dat is precies zoals ze ons daar in Den Haag zien. Als dwarse schapen, die eigenwijs van de kudde afdwalen om een eigen weg te vinden. En iedere ervaren herder weet: aan dwarse schapen moet je nooit toegeven. Want ook in Den Haag kennen ze het spreekwoord: ‘Als er één min skiep over de dam is…’