Vorige week gaf ik mijn eierstokken weg en het leek wel alsof ik meteen de menopauze in denderde. In Groningen kocht ik namelijk een nieuw geurtje en daar zitten altijd gratis een aantal van die lekkere proefmonstertjes bij. Maar toen ik bij thuiskomst nieuwsgierig het zakje leegde, bleken er drie crèmepjes in te zitten. De eerste had als doel de kraaienpootjes rondom mijn ogen strak te trekken, de tweede was tegen spataderen en de derde beloofde mijn gezicht na vijf keer smeren zijn jeugdige elan terug te geven.
BAM. Die drie crèmepjes drukten me met m’n neus op de feiten. Ik word oud. Bijna dertig, dus de aftakeling begint. Maar gelukkig is dat goed nieuws, want oud is weer retehip. Wil je een beetje met je tijd meegaan, dan koop je tegenwoordig van die retro vinyl lp’s. En durfde je twintig jaar geleden absoluut niet met de door je oma gebreide trui naar school, nu loopt iedereen in een zelfgebreide creatie. Ook haken is hip, want plots zie ik overal dames met zelfgehaakte poncho's lopen.
Ook ouderen worden steeds hipper. In de fitnesszaal rennen opa’s op strakke patta’s over de loopband. Ondertussen zwaait oma in een glanzende tijgerprint legging vrolijk met zware kettlebells in de rondte. En ik hoorde een vriend laatst vertellen dat zijn oma een tattoo had laten zetten. Een prachtige blauwe kraanvogel, net boven haar bilnaad. 'Och ja', lachte ze toen de hele familie beduusd naar het beest boven haar kont keek, 'ik had ‘m altijd al graag gewild en wie houdt me nu nog tegen?'
Prachtig hoe iedereen tegenwoordig op z’n eigen manier oud wordt. Maar er zijn ook mensen die het overdrijven. Zo zat ik vorige week in een file in Leeuwarden. In slakkentempo staken we het kruispunt over. Plots hoorde ik ‘Hé jong!’ en daarna twee doffe dreunen op mijn achterruit. Wat bleek? Ik was per ongeluk over de voetgangersoversteekplaats gesukkeld, terwijl daar ook net het licht op groen was gesprongen.
Verbaasd keek ik naar het oudere stel dat met de vuisten op mijn auto stond te beuken. Nee, geen asociale pubers of tokkies met tattoos in de nek en een buldog aan de lijn. Het was een keurig echtpaar van een jaar of zeventig, op van die stevige stappers, beide dezelfde afritsbroek aan en een identiek roodkleurig windjack. En boos dat ze waren dat ik hen voor de voeten reed. Dus sloegen ze uit pure frustratie op mijn wagentje. Toen ik de oudere dame vol ongeloof aankeek, priemde ze pissig haar middelvinger in de lucht.
Dat oud weer hip is, vind ik prima. Maar dit ging me iets te ver. In plaats van ook de middelvinger op te steken tegen deze terror-oma, wist ik me echter te beheersen. Ik was dan niet de oudste, maar dit keer wel de wijste.