Open dagen, meeloopdagen, informatieavonden en doe-middagen; bij ons thuis is de zoektocht naar een middelbare school voor onze groep 8'er inmiddels in alle hevigheid losgebarsten. De verkiezingscampagne van Donald Trump is er niets bij.
Het hele zieltjes-win-circus begon overigens vorig jaar al in groep 7. Stilletjes kinderen flyers in de tas gedrukt van doe-middagen, waarin ze alvast een aantal leuke lessen konden volgen. Dit jaar gaat er nog een tandje bovenop met talloze open dagen en verrassende kennismakingsactiviteiten. En iedere keer krijgen de toekomstige leerlingen aan het einde van zo'n dag een cadeautje mee naar huis. En die presentjes liegen er niet om.
Airpods, powerbanks, zelfs complete gereedschapskisten zie ik voorbij komen om maar zieltjes te winnen. Uiteraard schuilt daar een economisch verantwoorde formule achter, die tot op de cent uitrekent hoeveel zo'n nieuwe leerling de school oplevert en wat zo’n cadeautje dus mag kosten. Maar toch knipperen mijn ogen af en toe wanneer ik de goodybags voorbij zie komen.
Terugdenkend aan mijn jaar als groep 8'er komen er zo een, twee, drie namelijk geen airpods of powerbanks bovendrijven. Die waren er twintig jaar geleden ook niet, I know, maar ik kan me überhaupt geen cadeautjes herinneren. Het uitzoeken van een nieuwe school was destijds niet zo'n happening. Sterker nog: ik héb niet eens gezocht. Ik ging naar het Drachtster Lyceum. Punt uit.
De enige activiteit die ik me kan heugen, was onze kennismakingsdag. Die woensdagmiddag moesten we allemaal op de fiets naar de nieuwe school om de mentor een hand te geven en nieuwe klasgenoten te bewonderen. Doodsangsten stond ik uit. Dat begon al met het feit dat ik het in m'n broek deed bij de gedachte dat ik in m’n uppie naar Drachten moest fietsen. De dag van tevoren heb ik samen met m'n vader tweemaal de route afgelegd.
Na die kennismakingsdag was het simpelweg afwachten tot de eerste echte schooldag in september aanbrak en ik mijn entree mocht maken als schijterige brugpieper. Ik verdwaalde al in de kantine. Bepakt met een overvolle rugzak slofte ik als stonede buitenlandse toerist door het schoolgebouw. Geen klaslokaal kon ik vinden. Laat staan mijn fiets aan het einde van de dag, die spoorloos was verdwenen tussen die honderden andere fietsen.
Ach, wellicht is het zo gek nog niet dat kinderen uit groep 8 tegenwoordig bijna vaker op hun nieuwe school aanwezig zijn dan op hun eigen basisschool. Dan gaan ze straks in ieder geval een stuk zelfverzekerder op pad tijdens die eerste schooldag met de broodbak onder de snelbinders. Met een beetje mazzel krijgen ze dit jaar nog een elektrische fiets cadeau. Zeg nou zelf; dat mag je toch op z’n minst verwachten van een beetje middelbare school.