Van den Vos Reynaerde of Karel ende Elegast. Je hebt ze vast gelezen. Het zijn de standaard ingrediënten in de lessen literatuur bij het vak Nederlands. Verhalen van weet ik hoe lang geleden, die verplichte kost waren toen ik op de middelbare school zat. Ik was best een fanatieke lezer, maar heel eerlijk: ik kreeg jeuk van deze oude meuk.
Er is op dit moment een discussie gaande over het literatuuronderwijs in Nederland. Kort door de bocht zijn er twee kampen. Het ene kamp wil de klassiekers uit de Nederlandse literatuur koste wat kost behouden. Schrijvers als Couperus en Multatuli hebben volgens hen de basis gelegd voor het Nederland zoals we dat nu kennen. Het andere kamp vindt dat onzin en is voor afschaffing van die zware pillen.
Ik weet nog goed dat ik in het laatste jaar van de middelbare school een schrijver moest kiezen van wie ik vijf werken zou lezen. Het werd uiteindelijk Bernlef, vraag me niet waarom. Ik begon met zijn meest bekende roman Hersenschimmen. Met moeite haalde ik de laatste bladzijde. Daarna volgden Onder ijsbergen en Sneeuw. En tot slot nog twee boeken, maar ik weet al niet eens meer welke. Hoe ik ook mijn best deed, ik vond er geen klap aan.
Nu zullen er vast mensen zijn die pislink worden als ik dit zeg. Bernlef is een van onze grote Nederlandse schrijvers, net als Jan Wolkers, Maarten 't Hart en Renate Dorrestein. Dat klopt, maar dat wil niet zeggen dat deze boeken daarom geschikt zijn voor pubers van een jaar of 16. Alleen Turks fruit lazen we allemaal met rode oortjes van voor naar achteren helemaal uit. Maar toen de docent Nederlands ons vroeg wat de achterliggende gedachte van de titel van het boek eigenlijk was, hadden we geen flauw idee.
De vraag is dan ook of het nodig is dat een leerling uit 5 havo of 6 vwo precies moet weten wat het leidmotief is in Turks fruit of Max Havelaar. Of wat de thematiek is in het werk van Hella Haasse. Doel van het vak Nederlands moet volgens mij zijn om leerlingen juist aan te zetten om zo veel mogelijk te lezen. Dat dit geen Harry Potter meer kan zijn in de bovenbouw, dat snap ik ook wel. Maar hedendaagse bestsellers zouden wat mij betreft prima op de boekenlijst mogen.
Dat leerlingen voortaan in plaats van Max Havelaar van Multatuli gewoon Joe Speedboot van Tommy Wieringa lezen. En dat ze in plaats van De ontdekking van de hemel van Harry Mulisch rustig De Oorsprong van Dan Brown uit de kast pakken. Natuurlijk mag er best aandacht zijn voor de geschiedenis van onze literatuur, maar wat mij betreft krijgt de literatuurlijst een flinke facelift met hedendaagse pageturners.
Willen we een nieuw hoofdstuk aan onze Nederlandse literatuur kunnen toevoegen, dan moet de jeugd eerst weer zin krijgen om in de boeken te kruipen. Want om te schrijven, moet je eerst kunnen lezen.